Hoogtemeting
Hoogte- of deformatiemeting is het controleren of een gebouw tijdens of na bouwactiviteiten is gaan verzakken. Dit wordt gecontroleerd aan de hand van een zogenaamde "nulmeting", die voor de bouwwerkzaamheden wordt uitgevoerd.
Een lintvoegmeting of een vloerwaterpassing kan uitgevoerd worden om de bestaande scheefstand in kaart te brengen.
Zakkingsnelheidsmeting bij twijfel aan de fundatie.
Door het plaatsen van meetpunten in de gevel kan de zakking gemonitord worden over een langere periode. Een meetpunt (of meetbout) is een roestvrijstalen staafje of boutje dat in de muur wordt gelijmd. Door de meetpunten met tussenpozen (van bijvoorbeeld 1 jaar) te meten ten opzichte van een referentiepunt wordt de zakkingsnelheid van het pand gemeten.
Positieve meetwaarden ( lage zakkingsnelheid) bieden echter geen zekerheid over de kwaliteit van de houtconstructie. Ook bij langdurige zakkingmetingen (jaren) ontstaat geen betrouwbaar beeld door het langzame proces van aantasting. De enige zekerheid is, dat wanneer een pand langdurig snel zakt de fundering slecht is.
Een lage zakkingsnelheid geeft aan dat het draagvermogen van de zandlaag (waarop gefundeerd is) goed is.
Metingen over een korte periode (korter dan 1 jaar) worden gedomineerd door de meetonnauwkeurigheid. De meetnauwkeurigheid is circa 0,3 mm.
Een acceptabele zakkingsnelheidrange is ongeveer 0,1 tot 1,5 mm per jaar. Dit alleen geeft echter nog geen zekerheid over de kwaliteit van de constructie.
Een 19e-eeuwse fundering die sneller zakt dan 2,5 mm per jaar, over meerdere jaren, is waarschijnlijk slecht.
Bij zakkingsnelheden van meer dan 8 mm per jaar worden er meestal noodmaatregelen genomen.
Weet u dat wij voorstander ervan zijn dat alle woningen worden voorzien van meetboutjes